|
| 76 sec |
Goed beschouwd wil niemand het: de hegemonie van kunstgras. Toch is dat exact wat er aan het gebeuren is. Kunstgras is heel langzaam en gestaag in opmars. Natuurlijk blijven er natuurgrasvelden over, maar veel te weinig. Op het voorhoofd van iedere sportveldbestuurder in Nederland staat geschreven: 'Ik wil kunstgras'.
Tegenstanders van kunstgras wijzen keer op keer op de problemen die de ontwikkeling van kunstgras veroorzaakt: het hele infilldossier, recycling van SBR, ga maar door. Maar niets schijnt de groei van het aantal velden te kunnen tegenhouden. Mag ik het eens over een andere boeg gooien? Waarom krijgt natuurgras het niet voor elkaar om een goed antwoord te formuleren? Het is gewoonweg veel te goedkoop.
|
Op het voorhoofd van iedere sportveldbestuurder in Nederland staat geschreven: 'Ik wil kunstgras'
| |
|
Amper vijf jaar geleden waren kunstgrasvelden misschien wel 30 procent goedkoper dan nu. Door de constante reuring rondom kunstgras zijn de velden enorm in prijs gestegen. Het gevolg was dat het minimumprijsniveau constant werd opgeschroefd. Ik zeg overigens niets van die prijsstijging. Door het afvallen van SBR moesten er alternatieve, duurdere infillsoorten gebruikt worden. Voor recycling en het dreigende verdwijnen van alle infill geldt hetzelfde. Ik bedoel alleen dat de portemonnee van de opdrachtgever klaarblijkelijk voldoende elastisch is.
|
Natuurgras is gewoon veel te goedkoop
| |
|
Diezelfde ontwikkeling zou parallel ook bij natuurgras moeten plaatsvinden. Waar blijven de creatieve, innovatieve oplossingen die een beter en mooier veld kunnen opleveren? Zeg niet dat de klant dat niet wil betalen. Dat wil die juist wel, maar de leverancier moet wel het lef hebben om dat nieuwe verhaal met bravoure en power neer te zetten. Tien jaar gelden vertelde een kunstgrasmarketingman mij het volgende verhaal. Natuurgras heeft het nadeel dat er geen concept verkocht wordt, alleen maar losse elementen. Vergelijk dat eens met een auto: daarbij koopt je ook niet de banden, het stuur en de motor los in om ze vervolgens zelf in elkaar te peuteren. Goed beschouwd is dat wel wat graszaad- en mestleveranciers doen. Zij verkopen allemaal een stukje van de keten, die vervolgens net zo zwak is als de zwakste schakel.
In deze uitgave van Fieldmanager staat een stukje over Draintalent. Een interessant concept, dat het in zich heeft om heel groot te worden. Wie heeft het lef, de bravoure en de Ausdauer om dat echt groot te maken?
LOGIN met je e-mailadres om te reageren. |
|
|
|
|
|
Arno Harmsen
Monday 16 September 2019 |
|
Mooi geschreven Hein, en als antwoord op je vraag: Grasmeesters heeft het lef, de bravoure en de Ausdauer! Samen met Altop is GrasMeesters dit concept sinds een jaar aan het ontwikkelen en vanaf 1 oktober zal GrasMeesters met TurfTalents het product wereldwijd lanceren.
|
|
|
|
|
|
Ton Sterk
Monday 16 September 2019 |
|
Helaas gaat de vlieger niet helemaal op in de vergelijking Hein. Vergeet niet dat tegenover één kunstgrasveld drie tot vier natuurgrasvelden moeten liggen om dezelfde aantal spelers een lekker veld te bieden. Reken je grondprijs ( en vooral de opbrengst van de alternatieve gebruiksmogelijkheden van die grond) samen met de jaarlijkse onderhoudskosten van 4 grasvelden dan wint het kunstgrasveld. Ook met duurdere infill soorten. Ander argument is dat als je de sport in de wijk wil houden je het grondgebruik wil minimaliseren en het gebruik maximaliseren. |
|
|
|
|
|
Mari Rovers
Tuesday 17 September 2019 |
|
De stelling 'natuurgras is veel te goedkoop' is weinig uitdagend. Opdrachtgevers en gebruikers gaan voor natuurgras als vooral de gebruiksmogelijkheden - en in iets mindere mate de kosten - vergelijkbaar zijn met die van kunstgras. De stelling zou dus eerder moeten zijn: 'natuurgras is (nog) veel te kwetsbaar' of 'natuurgras' (alleen) biedt niet genoeg'. |
|
|
Tip de redactie
|
|
Iedereen kan gratis kleine advertenties plaatsen via zijn eigen account.
|
|
|
|