Kunstgras kopje onder in Enschede door wegdrijvend kurk: schade €225.000 |
|
|
|
|
 |
| 235 sec |
Na kostbaar herstel van schade door wateroverlast zet Sportaal stappen richting mineral fill
Dat kunstgrasvelden met kurk-infill relatief veel onderhoud nodig hebben, hoort erbij, begrijpt Tonnie Doek van de Enschedese sportparkbeheerder Sportaal. De schade die ontstond tijdens een ongekend zware regenbui vorig jaar is wat hem betreft over the limit. Sportaal zet nu koers richting mineral fill.
| Kurk aan de wandel tijdens zware regenval in Enschede |
Een bui als die van vorig jaar juni in Enschede is extreem. Weliswaar kwam niet de hele hemel naar beneden, maar zo voelde het wel. Fieldmanager Tonnie Doek: 'Meer water dan ik ooit heb meegemaakt. Er viel tot 90 millimeter in één tot anderhalf uur tijd.' Niet alleen de velden van Sportaal waren hiervan het slachtoffer, ook woningen werden getroffen. Een aantal van die woningen is nog steeds onbewoonbaar. Het water dat in Enschede uit de hemel kwam, was op de keper beschouwd niet eens het echte probleem. Door al dat water ging de kurk-infill drijven en stroomde weg uit tussen de openstaande poortjes van het kunstgrasveld. Tonnie Doek: 'Als de poorten tussen de kantplanken niet hadden opengestaan, was meer infill op de velden gebleven en hadden we dus minder nieuw materiaal hoeven kopen.'
Opnieuw spreiden en inharken
Opdrijvende kurk-infill hoeft geen groot probleem te zijn zolang het materiaal op het veld blijft. In dat geval is het een kwestie van opnieuw spreiden en inharken, en dan is het veld weer goed. In Enschede vormden zich echter spontaan riviertjes die via genoemde poortjes grote hoeveelheden kurk van de velden meenamen. Deze infill belandde verspreid in de omgeving. Doek: 'Een deel verdween helemaal via het riool, maar ook de rest konden we niet meer gebruiken omdat het te vervuild was geraakt. Dat zodoende veel nieuwe infill moest worden aangeschaft, was een flinke kostenpost. Ook was er een mat komen opdrijven die daarna uit het gelid bleek; een grondige reparatie was nodig.'
|
|
'Als de poorten tussen de kantplanken niet hadden opengestaan, was meer infill op de velden gebleven en hadden we dus minder nieuw materiaal hoeven kopen'
| |
|
 | | Tonnie Doek |
|
|
Kwaliteit
Het ligt volgens Doek vooral aan het karakter van de kurk en niet zozeer aan de kwaliteit van de velden als zodanig. Hij telt negen kurkvelden, van drie verschillende leveranciers, en overal deed het probleem zich voor. Doek: 'Terwijl uit naastgelegen velden met SBR-infill nagenoeg niets wegdreef. We hebben de betrokken aannemers daarna gevraagd hoe we hun velden waterbestendiger kunnen maken. Twee adviseerden om in de mat meer gaten te maken voor een versnelde afvoer. Dat hebben we gedaan. We zullen in de toekomst moeten merken of dit helpt.'
M37-G-norm van NOCNSF
Dat infill zo zijn kwetsbaarheden heeft, is al langer bekend. Volgens Rob Kies van het bedrijf Kies', dat in Nederland het Portugese bedrijf en wereldmarktleider in kurk Amorim vertegenwoordigt, zijn veel van die kwetsbaarheden terug te voeren op de magere kwaliteit van het kurk zoals dat werd aangeboden vóór 2017. Rob Kies: 'Toen kon je nog alles op een veld gooien. Er was geen specificatie waaraan kurk-infill moest voldoen. Bij elke verkoper kon het kurk worden ingekocht - tegen lage prijzen en met een navenant lage kwaliteit. Onder andere door een te hoog gehalte aan te snel afbrekende kurkstof of kurkhout. Het gevolg waren verstoppingen in de mat, waardoor water moeilijker weg kon. Door de introductie van de M37-G-norm van NOC*NSF behoort dit tot het verleden. Sindsdien wordt alleen nog maar goed kurk-infill gebruikt.'
 | | Rob Kies |
|
|
Pure pech
De situatie vorig jaar in Enschede is uitzonderlijk, zo oordeelt Kies. 'In de acht à negen jaar dat ik betrokken ben bij de aanleg van sportvelden, is het volgens mij twee of drie keer gebeurd dat kurk is weggespoeld. Dan was een veld net ingestrooid en vervolgens brak er een stortbui los. Het duurt wel twee tot drie weken voordat de infill zich goed heeft vastgezet in het veld.'
 | | Rutger Schuijffel |
|
|
Inharken
Ook Rutger Schuijffel van CSC Sport kent het verschijnsel dat kurk-infill komt opdrijven als gevolg van wateroverlast. Als er te weinig capaciteit is om water van een zware bui versneld af te voeren, kan een veld blank komen te staan en drijft de infill omhoog. Eronder kan zich dan tegelijkertijd een gesloten waterfilm vormen. De toplaag met het kurk erin is verzadigd en onder het veld kan de lucht door de gesloten film van water niet ontsnappen. Een oplossing hiervoor noemt Schuijffel het creëren van een alternatieve ontsnappingsroute voor de lucht via de drainageputten. Daarna is het vooral een kwestie van opnieuw inharken van de kurk-infill en het veld kan weer bespeeld worden. Schuijffel onderstreept daarnaast ook het belang van een geschikte vezelconfiguratie. Die draagt eraan bij dat een infill van licht materiaal als kurk minder makkelijk komt bovendrijven. Eventueel kun je daarvoor ook nog een iets zwaardere kurk-infillvariant overwegen. Bijvoorbeeld een infill waarin gemalen olijfpitten zijn verwerkt.
|
|
'Het is een mooi natuurproduct, maar wel duur in onderhoud en bovendien kwetsbaar'
| |
|
Kantplanken
Kantplanken kunnen de pech binnen de perken houden, is de mening van Gerrit de Koe van Sport- en Cultuurtechnisch advies Amsterdam. Hij adviseert daarnaast de velden vlak aan te leggen en niet meer tonrond zoals voorheen. 'Als de infill dan toch opdrijft, loopt deze in elk geval niet van het midden naar de zijkanten van het veld, maar blijft het gelijkmatig verspreid.' Opdrijven van kurk-infill is veel minder ernstig en tegelijk veel minder uitzonderlijk dan het wegspoelen ervan. De Koe: 'Vooral in het eerste jaar gebeurt het weleens, in het tweede jaar al een stuk minder - eigenlijk bijna nooit. En in de jaren daarna is het verschijnsel helemaal uitzonderlijk.'
 | | Gerrit de Koe |
|
|
Overzichtelijk
Kurk, al dan niet gemengd met een andere organische infill, blijft volgens Schuijffel een prima keus sinds rubbervarianten uit de gratie zijn. Ook omdat er niet veel alternatieven zijn. Maar het blijft een tussenoplossing. Uiteindelijk wordt nonfill de standaard, is zijn stellige overtuiging. 'Dan behoren alle problemen van infillvelden tot het verleden.'
Mineral fill
De recente ervaringen hebben het enthousiasme bij de mannen van Sportaal voor kurk in elk geval geen goed gedaan. Doek: 'We blijven de met kurk ingestrooide velden die we al hebben gedurende hun afschrijvingsperiode in stand houden. Het is zeker een mooi natuurproduct, maar wel duur in onderhoud en bovendien kwetsbaar. Om de kosten in de hand te houden, zien we een alternatief. Niet helemaal zonder infill, maar met alleen nog wat zand: mineral infill dus.'
Opdrijven alleen bij nieuwe velden
Raymond van Hattum, projectmanager Sport bij gemeente Den Haag: 'Voor de infill van onze kunstgrasvoetbalvelden gebruiken wij nog steeds voornamelijk kurk. Direct na de aanleg van een veld kan het gebeuren dat de kurk na hevige regenbuien gaat opdrijven. Zodra het materiaal echter één keer verzadigd is geweest, blijft het veel beter op zijn plek en treedt dit probleem nauwelijks meer op. Het opdrijven is dus vooral een verschijnsel bij nieuwe velden. Mocht het toch gebeuren, dan kunnen we dit tegenwoordig goed herstellen. Elk veld is voorzien van kantplanken, waardoor de infill altijd op het veld blijft en er geen materiaal in de omgeving terechtkomt. Daarnaast speelt een goede ontluchting van het veld een belangrijke rol, zodat water snel wordt afgevoerd en kurk minder kans krijgt om op te drijven. Uiteraard onderzoeken we ook alternatieven voor kurk, maar daarbij zijn we afhankelijk van de markt.'
|
| LOGIN
met je e-mailadres om te reageren.
|
|
|
| Er zijn nog geen reacties. |
|