'Waterbalans op hockeyveld kan aanzienlijk beter' |
|
|
|
Bart Mullink,
dinsdag 12 juli 2022 |
|
| 269 sec |
Non-waterveld met speeleigenschappen van waterveld is 'stip aan de horizon'
Watervelden hoeven veel minder te worden besproeid dankzij relatief eenvoudige maatregelen, waarmee ook het blessurerisico afneemt. Verbetering van de praktijk is onontkoombaar, vindt Chris van Genugten van Fieldturf Tarkett.
Waterveld met onder de mat een shockpad van Recticel, dat als een spons water opneemt |
Naast directielid van Fieldturf Tarkett is Van Genugten een fervent hockeyer. 'Al meer dan 40 jaar', zo onderstreept hij. Van Genugten zag in zijn jonge jaren de eerste kunstgrasvelden verschijnen. 'Eerst waren het vooral zand-ingestrooide velden, toen volgde een periode met semiwatervelden en tegenwoordig heeft bijna elke club wel een waterveld.' Door die verschuiving naar watervelden is er heel veel water nodig. Het verbruik loopt zo langzamerhand de spuigaten uit, zo is zijn ervaring. Veelal door onwetendheid of desinteresse - 'water kost maar weinig' - jagen clubs er veel te veel water doorheen. 'Ze blijven doorspuiten. De hoeveelheid kan oplopen tot wel 72 kuub per veld op één dag. Dit gebeurt vaak zonder goed na te denken. Maar dan ben je niet erg maatschappelijk verantwoord bezig, zeker als het gebeurt met leidingwater.' Van Genugten zag de watervelden opkomen, maar ziet ze nu vanwege de groeiende waterschaarste ter discussie staan. Omdat ze gelden als het summum op het gebied van speeleigenschappen, verwacht hij niet dat hockeyclubs ervan willen afzien. Dat gebeurt volgens hem pas als er non-watervelden beschikbaar komen die voor de spelers 100 procent vergelijkbaar presteren. 'We hopen dit ooit voor elkaar te krijgen, maar zover zijn we nog niet. Dat is voor ons een uitdaging; het lijkt nog op een stip aan de horizon.' De eerste watervelden waren zo duur dat de meeste clubs er alleen maar van konden dromen, maar met de verschijning van betaalbaardere varianten ging het hek van de dam. 'Het lijkt er inmiddels op dat elke zichzelf respecterende club per se ten minste één waterveld wil hebben.'
|
'Het lijkt er inmiddels op dat elke zichzelf respecterende club ten minste één waterveld wil hebben'
| |
|
Uniformiteit
Om er goed op te kunnen spelen, moeten de watervelden overal even vochtig zijn. 'Uniformiteit is een van de belangrijkste aspecten voor de veiligheid. Als het veld overal nat is, stelt een speler zich daarop in. Als het veld overal droog is net zo. Nat en droog door elkaar, en dus glad en stroef, dat leidt tot blessures, omdat spelers zich dan nergens op kunnen instellen.' Hij ziet te vaak dat er voor het bereiken van de beoogde uniformiteit blind enorme hoeveelheden water gesproeid worden. Desondanks is ook dan het beoogde resultaat niet zeker, want een kunstgrasmat houdt water niet lang vast. 'Dat is ook niet de bedoeling; ze zijn gemaakt om overtollig water snel naar beneden af te voeren. Op dagen met veel zon, zeker als het ook nog hard waait, verschijnen er snel opnieuw droge plekken.' Sproei meer met beleid, is zijn devies. 'Vaak staat er 's morgens dauw op het veld. Niets is natter dan dauw, dus mooier kun je het niet hebben. Dan arriveert een team en het eerste wat ze doen, is de sproeiers aanzetten. Uit gewoonte en omdat ze niet beter weten.' Wat volgens hem zou kunnen helpen, zijn sensoren in het veld die de vochtigheid meten. Als die in orde is, staat de knop van de bijbehorende sproeier op rood. Wordt het op een plek te droog, dan springt deze op groen. Alleen dan kan de sproeier aan, wat al dan niet per sproeier geregeld kan worden. 'Technisch moet dit zeker mogelijk zijn, maar er is nog geen vraag naar', zo verklaart Van Genugten waarom het in de praktijk toch niet gebeurt. Toch kunnen kleine technische ingrepen zoals deze vaak al zorgen voor een veel betere waterbalans op het veld, zo stelt hij. Clubs slaan zo twee vliegen in één klap. Het zijn doorgaans maatregelen die zowel gunstig zijn voor de kwaliteit van het speelveld als voor het waterverbruik.
|
'Nat en droog door elkaar, en dus ook glad en stroef, dat leidt tot blessures, omdat spelers zich nergens op kunnen instellen'
| |
|
Shockpad
In Gemert en op de Zuid-Hollandse Vinex-locatie Ypenburg legde Tarkett voor clubs watervelden aan met een shockpad die water opneemt. Dat gaat door tot het verzadigingspunt is bereikt. Een teveel aan water, bijvoorbeeld bij langdurige neerslag, zakt er aan de onderkant uit en gaat zo de bodem in. Deze shockpad zorgt ervoor dat de mat ook van onderaf wordt bevochtigd. De bovenkant sluit direct aan op het kunstgras, zodat de mat veel langer vochtig blijft. De ervaringen zijn positief, weet Van Genugten. 'Zowel sporttechnisch als qua waterhuishouding zijn het goede, fijne en vooral uniforme velden.' Dit type shockpad, van Recticel, reageert feitelijk als een spons. 'Het is eigenlijk niets nieuws; het is een beproefd product dat is verbeterd. De aanleg luistert nauw en moet vakkundig gebeuren, maar is voor de rest eenvoudig. Een minpuntje dat weleens wordt genoemd, is de vorstgevoeligheid. Omdat het materiaal vocht vasthoudt, bevriest het ook snel. Voor hockey zal dit weinig verschil maken. Elk hockeyveld bevat vocht, of het nu zand-ingestrooid is of een waterveld op een e-layer, en zal direct van bovenaf bevriezen zodra er vorst aan de grond komt. In de praktijk maakt het dus weinig verschil. Het gebeurt sowieso niet vaak en als het gebeurt, is het veelal buiten het seizoen. Ik zou me er geen zorgen over maken.' Tarkett wil het systeem met de shockpad doorontwikkelen. 'Om ook van onderaf water te kunnen toevoegen, bijvoorbeeld. Een andere mogelijkheid is om zodra de mat verzadigd is het overtollige water langs de kant van het veld op te vangen en te bufferen. Dan ga je in de richting van een gesloten watersysteem. Eventueel kun je dit nog aanvullen met regenwater van daken in de buurt, dat nu meestal nog direct wordt afgevoerd.' Van Genugten voegt daaraan toe dat het bufferen van water een grens heeft, die relatief snel wordt bereikt. 'Als je de hoeveelheden gebruikt die er nu doorheen gaan, heb je enorm grote buffers nodig. Anders is het water zo op. Het kan daarna nog wekenlang droog zijn. Juist in de periode dat je het meeste water nodig hebt, in het voorjaar en de zomer, is er vaak het minste beschikbaar.'
|
'Het bufferen van water heeft een grens. Met de hoeveelheden die er nu vaak doorheen gaan, is het snel op'
| |
|
| Chris van Genugten: 'De kwaliteit is gegarandeerd door de specificaties, maar de ruimte ontbreekt om ook maar iets extra te investeren in duurzamere oplossingen.' |
|
|
Topniveau
Efficiënter omgaan met water is daarom een eerste belangrijke stap, vindt Van Genugten. Hij herinnert zich de tijd waarin hij begon met hockeyen. 'Dit ging altijd op natuurgras. Ergens begin jaren tachtig kregen we het eerste kunstgrasveld, zand-ingestrooid. Daardoor gingen we anders hockeyen: beter, sneller. Daarna wilde iedereen zo'n veld. Nu is de norm verschoven van een zand-ingestrooid veld naar het allerbest presterende waterveld, allemaal om op het absolute topniveau te kunnen hockeyen. Dat mag, natuurlijk. Toch kun je je afvragen of dat nou in alle gevallen nodig is.' Dit is geen opmerkelijk geluid uit de mond van iemand die graag watervelden verkoopt, zegt hij. 'Van ons wordt ook verwacht, en terecht, dat we maatschappelijk verantwoord bezig zijn. Efficiënter met water omgaan is dan belangrijk. Net als de ontwikkeling van duurzamere oplossingen. Daarom werken we ook aan kunstgrasmatten die uit één materiaaltype bestaan, zodat ze aan het eind van de levensduur telkens opnieuw zijn te verwerken tot nieuw kunstgras. Daarnaast zijn we op zoek naar polymeertypen waar geen schadelijke stoffen meer in zitten en naar matten die gemaakt worden met minder plastic en/of met gerecycled plastic. Voor een betere vochtbalans in watervelden werken we verder nog aan een andere vezelstructuur, die water beter vasthoudt, waardoor de vezels minder snel opdrogen.'
Aanbestedingscultuur
De meeste vraag op kunstgrasgebied ziet de leverancier bij de voetballerij. 'Die is de nummer één, zowel wat betreft de omvang van de markt als de roep om innovaties. Hockey is voor ons een kleinere markt. Toch hoop ik dat we hiervoor ook een mooie, vernieuwende rol kunnen spelen.' Hij denkt dat er door een betere benutting van bestaande mogelijkheden ook nu al flinke stappen vooruit zijn te zetten. 'Vaak met heel simpele maatregelen.' Dat zoveel mogelijkheden ondanks de relatieve eenvoud onbenut blijven, wijt hij aan de aanbestedingscultuur, waarbij uitsluitend de (aller)laagste prijs telt. 'De kwaliteit is dan wel gegarandeerd door de specificaties, maar de ruimte ontbreekt om ook maar iets extra te investeren in duurzamere of innovatieve oplossingen.'
LOGIN met je e-mailadres om te reageren. |
|
|
|
|
|
Marcel Bouwmeester
Tuesday 23 April 2024 |
|
Beste Chris, helemaal mee eens. Hockeyverenigingen gebruiken (vaak) veel te veel water op hockeyvelden. Bij elke wedstrijd en tussen de pauze weer opnieuw beregenen. Dit is vaak helemaal niet nodig. Er zijn simpele truckjes om vast te stellen of het veld voldoende nat is. En ja dit is afhankelijk per type waterveld en hoe goed hij zijn water vasthoudt. Het KNHB kader is: Nat betekent in deze “handvochtig”, wanneer je met je hand over het veld gaat, voelt je hand vochtig aan. Dus vaak is bij elke wedstrijd weer beregenen helemaal niet nodig. Even nadenken: Slim gebruik van water en kosten. Tip van Marcel.
|
|
|
Tip de redactie
|
|
Iedereen kan gratis kleine advertenties plaatsen via zijn eigen account.
|
|
|
|