Whatsapp Facebook X LinkedIn RSS feed

Graszaadteler blij met ras Fabian

ARTIKEL
Facebook Twitter Linkedin Whatsapp
Heidi Peters, woensdag 2 september 2020
384 sec


'Tetraploïd gras kan veel meer hebben'

Over graszaad is veel te vertellen; bij DLF Seeds & Science ben je daarvoor aan het juiste adres. Het bedrijf heeft de laatste jaren veel onderzoek gedaan naar het gebruik van tetraploïde rassen voor sport- en recreatievelden. Zij brachten als eerste enkele tetraploïde Engels raaigrasrassen op de markt, onder de naam 4turf. Akkerbedrijf Bouthoorn in het Noord-Hollandse Middenmeer is al zo'n dertig jaar graszaadteler voor DLF en heeft percelen met tetraploïde en met diploïde grasrassen.

V.l.n.r.: Jan Ros, Hendrik Nagelhoud en Edo Bouthoorn
V.l.n.r.: Jan Ros, Hendrik Nagelhoud en Edo Bouthoorn

DLF Seeds & Science nodigde ons uit een kijkje te komen nemen bij akkerbouwbedrijf MTS Bouthoorn in Middenmeer. DLF ontwikkelt en veredelt graszaden, die vervolgens geteeld moeten worden; Bouthoorn is een van de akkerbouwers die daarvoor met DLF samenwerkt. Bouthoorn vermeerdert voor DLF de grasrassen Fabian en een diploïd ras. In totaal heeft de maatschap dit jaar circa 20 hectare graszaadteelt, tien procent van het areaal. Hoewel Edo Bouthoorn zelf nog jong is, werken het familiebedrijf Bouthoorn en DLF al zo'n dertig jaren samen; het is een samenwerking die van vader op zoon is overgegaan. De teler zelf heeft inmiddels dan ook veel expertise in huis.

'Uiteindelijk gaat het om de kwaliteit van het zaad in de zak, dat zuiver en zonder onkruid moet zijn', aldus Hendrik Nagelhoud, salesmanager bij DLF. 'De teler is dus een heel belangrijke schakel in ons productieproces. Wij hebben op jaarbasis nogal wat telers en hectares nodig om voldoende graszaad geproduceerd te krijgen. Wij werken met ruim 600 telers die 6000 hectare verbouwen, alleen in Nederland. Dat is zo'n 40 procent van het Nederlandse areaal', vult Jan Ros, teeltadviseur Noord-Holland van DLF, aan. 'Ongeveer een derde hiervan bestaat uit gazontype Engels raaigras, waaronder ook het ras Fabian valt.' Sam de Vlieger, manager field production: 'DLF is in Nederland de grootste speler, maar wereldwijd is Nederland klein op het gebied van graszaad. In Denemarken, bijvoorbeeld, wordt 70.000 ha gebruikt voor het telen van gras, tegenover 14.000 in Nederland. In delen van Noord-Amerika heb je het over honderdduizenden hectaren. Dat wil niet zeggen dat ons graszaad in Nederland blijft; veel wordt geëxporteerd. De kracht van de Nederlandse graszaadteelt zit hem in hoge opbrengsten en goede kwaliteiten. We hebben vruchtbare gronden en gebruiken goede teelttechnieken.'

'Van zo'n 11 tot 13 kg ingezaaid graszaad per hectare, ingezaaid op een graszaadproductieperceel, maken wij gemiddeld zo'n 1600 kg zaaizaad per hectare per seizoen', vertelt Edo Bouthoorn. 'Vaak laten we het gras twee jaar staan, waardoor de opbrengst eigenlijk het dubbele daarvan is. Na de oogst laten we het gras het seizoen daarop weer opkomen. Dit jaar hebben we een perceel diploïd en twee percelen Fabian. Fabian is een van de nieuwste rassen, een tetraploïd. Het ras maakt veel meer gewas; we telen dat nu een jaar of vijf en waren een van de eersten die daarmee begonnen. Voor ons is het een fijne grassoort, omdat we het wat later kunnen zaaien. Wij telen het altijd na de suikerbietenoogst en proberen het graszaad in de eerste twee weken van oktober te zaaien. Dat lukt met de andere rassen meestal niet; dat is te laat.' Nagelhoud: 'Dit is mogelijk vanwege de koudetolerantie en de snelle beginontwikkeling van deze tetraploïde rassen. Dit gras groeit ook bij wat lagere temperaturen door. Dat is ook voor sportveldbeheerders een groot voordeel. Tegenwoordig wordt op sportvelden een aantal maal per jaar doorgezaaid, ook later in het seizoen. Omdat Fabian doorgroeit, is dat geen probleem.'

'Vaak laten we het gras twee jaar staan, waardoor de opbrengst eigenlijk het dubbele is'

Teeltbegeleiding

Jan Ros is teeltbegeleider bij DLF en bezoekt in het seizoen elke teler in zijn gebied tot in de oogsttijd, wel twee keer per week. 'Wij zien elkaar vaak', vertelt Bouthoorn. 'Samen bekijken we wat het beste moment is om te oogsten, kijkend naar de status van het gewas en invloeden zoals het weer.' 'In het groeiseizoen moet je er zijn', vertelt Ros. 'Ik zorg er samen met de teler voor dat de kwaliteit hoog is en blijft. We proberen zo min mogelijk gewasbescherming toe te passen, in verband met duurzaamheid en ook met de kosten voor de teler. Met de tetraploïde gewassen is dit gemakkelijker.' Wanneer de oogstmachine het terrein op gaat om te oogsten, loopt Ros er met zijn pannetje achter om te kijken wat er aan kaf uit komt. Zo kan de machine samen met de akkerbouwer nauwkeurig afgesteld worden, zodat wat overblijft zo zuiver mogelijk graszaad is met zo min mogelijk kafjes. 'Die zuiverheid is vervolgens weer van belang voor de eindgebruiker, en dat begint uiteraard op het veld. Daarna ondergaat het zaaizaad nog een schoningsproces in onze fabriek in Kapelle', zo vult Nagelhoud aan.



Meer dan bouwplanvulling

Sam de Vlieger: 'Het telen van gras levert voor de teler meer op dan een goede bodem. Het is inderdaad een rustgewas, dat de bodem weer klaarmaakt voor bijvoorbeeld suikerbieten of aardappelen. Maar voor wie er de juiste aandacht aan geeft, zijn de rendementen zeker interessant en gelijkwaardig aan die van tarwe.'


Duurzaam Fabian

Duurzaamheid is steeds belangrijker. 'Mogelijk staat nog niet elke fieldmanager erbij stil, maar in bestekken van overheden worden de eisen op het gebied van duurzaamheid steeds strenger. Daarom willen wij graag wat meer vertellen over ons ras Fabian en de andere tetrarassen, die veel aspecten in zich hebben die bijdragen aan duurzaamheid', vertelt salesmanager Hendrik Nagelhoud. 'De Green Deal vraagt van de beheerder minder gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en als het kan ook minder kunstmest. Ook daarin past Fabian. Daar vertel ik zo meer over; eerst een stukje geschiedenis.'


Van diploïde naar tetraploïde soorten

'Nagelhoud: 'Op sportvelden gebruikten we altijd diploïd Engels raaigras, in de landbouw diploïd en tetraploïd. Waarom gebruiken we eigenlijk geen tetraploïden in sportvelden? Deze vraag kwam zo'n vijftien jaar geleden op. Zo gezegd, zo gedaan, en een veredelaar van DLF ging hiermee aan de slag. Uit de landbouw was bekend dat tetragrassen wat dieper wortelen, een ander wortelstelsel hebben en minder droogtegevoelig zijn. Vooral dit laatste speelt een steeds grotere rol in het keuzeproces van onze klanten. Een tetraplant kun je langer door laten groeien; je ziet een wat gezondere plant terugkomen die langer groen blijft, dieper groen is en sterker. Deze kweker sloeg aan het veredelen en er ontstonden steeds meer en betere rassen. Inmiddels zijn in Duitsland, Frankrijk en Engeland de tetragrassen opgenomen in de grasgids. We verwachten dat dit volgend jaar in Nederland ook gebeurt.'
Ros: 'Tetraploïde soorten zijn minder vatbaar voor ziekten als roest en meeldauw. De grasmat groeit sneller dicht, waardoor er ook minder onkruid ontstaat. Door de diepere beworteling is er minder uitspoeling van nitraat. Tetraploïd gras is gebruikt voor Europese en wereldkampioenschappen voetbal, zoals in Zuid-Afrika, Brazilië en Rusland. Dat is toch een mooie referentie voor deze rassen!'


Minder kennis

Nagelhoud merkt dat de kennis over gras en inzaaien wat verdwenen is. 'We proberen die wel over te brengen, onder andere door middel van kennisdagen van onze DLF Academy. Maar ook in de praktijk doen we dat, aan de hand van vragen als: hoe zaai je in, hoeveel en hoe vaak? Hoe is de bodem opgebouwd? Hoeveel uur er wordt gespeeld, is ook van belang. Kijk, voetballers willen dat de bal goed rolt; dat is voor hen het belangrijkst. Dat moet allemaal samenkomen in een stevige en duurzame grasmat.'
Hij vervolgt: 'DLF heeft zich ontwikkeld van seeds naar science. We krijgen steeds meer vragen van sportveldbeheerders en cultuurtechnische bedrijven om bepaalde problemen op te lossen, zoals droogte. Daardoor is science een steeds groter deel van ons bedrijf geworden. We begeleiden ook steeds meer na de levering van het graszaad.'


Een perceel Fabian, enkele dagen voor het oogsten

4salt

Verschillende grassoorten, waaronder het tetraploïde gras Fabian, zijn beter bestand tegen zilt water. Nagelhoud: 'Met zout bezorg je een plant stress; die ontstaat door sproeien met ziltig water en ook door zilte wind in de buurt van de kust. Men heeft niet altijd in de gaten dat er met zilt water wordt beregend. De zoutconcentratie in water wordt namelijk hoger door verdamping van water. De grassen met het label 4salt, waaronder ook Fabian, zijn daar beter tegen bestand. Als je zo'n grassoort kiest, neem je het zekere voor het onzekere. Je zou kunnen zeggen dat je een grassoort met een verzekeringspremie koopt.'


Oogst van 2020

Jan Ros en Edo Bouthoorn verwachten een lagere opbrengst bij de komende oogst. Ros: 'Het wordt geen topoogst. Het grootste probleem is dat het voorjaar tot 15 maart veel te nat was, waarna het heel sterk ging drogen. Dat is voor de groei van gras geen ideale situatie. Zowel groei als herstel is lastig in zo'n situatie.' Bouthoorn: 'Omdat het zo nat was, is er ook zo'n tien procent minder hectares ingezaaid. Er was meer afgesproken, maar de telers konden het niet in de grond krijgen. Fabian heeft het wel gehaald. We hebben laat gezaaid, op 15 oktober, onder redelijke omstandigheden en dat is goed gegaan.' Nagelhoud: 'Dit bevestigt ook weer ons verhaal over tetraploïde soorten en lagere temperaturen. Edo kon iets langer wachten op wat betere omstandigheden en het gras groeit ook bij wat lagere temperaturen door.'


Tetraploïde soorten zijn minder vatbaar voor ziekten als roest en meeldauw

Sam de Vlieger: 'Voor de zaadontwikkeling en de stengelvorming is een zekere koudeperiode nodig. In het voorjaar moet het gras tijdig bemest worden, zodat er tot aan de oogstperiode voldoende voeding is voor het graszaad. Dit kan in de war worden geschopt door óf te nat óf te droog weer. Bij te nat weer wordt er te laat gezaaid; bij te droog weer wordt de kunstmest niet op tijd opgenomen. Deze factoren hebben invloed op de ontwikkeling die de zaadvorming remt. Graszaad is een speciale teelt. Dit seizoen hadden we te maken met bijzondere omstandigheden.'

De Vlieger: 'Op dit moment (eind juli, red.) is 80 tot 85 procent van het hele areaal geoogst, met wisselende resultaten. De vroegste soorten, rietzwenkgrassen, geven een matige opbrengst. Deze hebben wat last gehad van het laat toedienen van stikstof en daardoor van de droogte. Van de Engels raaigrassen hebben de vroege soorten ook wat last gehad van laat bemesten en droogte; de wat latere soorten zijn goed hersteld door de regen van de laatste weken en zitten keurig op het vijfjaarlijks gemiddelde. We zijn niet ontevreden, maar het is geen topoogst. De droogte en de late inzet van meststoffen hebben toch hun weerslag gehad. We hebben het dan over de kwantiteit. Over de kwaliteit kunnen we nu nog niet veel zeggen. We bestrijden onkruidgewassen met bodemherbiciden, en we hebben het idee dat deze door de droogte niet ten volle hebben gewerkt. Een bodemherbicide kan alleen optimaal werken in een vochtige bodem. Dus we hebben het idee dat de kwaliteit wat minder kan zijn. Dit gaat overigens meer op voor de diploïde gazongrassen. Deze groeien wat langzamer, en omdat dit gewas zich wat minder snel sluit boven de grond, door gebrek aan vocht of het niet kunnen opnemen van meststof, ontstaat er ruimte voor onkruidgrassen. De diploïden zijn per definitie dus wat kwetsbaarder. Dit is onze verwachting; of die klopt, moet over een tijdje blijken uit de analyse van ons laboratorium en de Nederlandse Algemene Keuringsdienst (NAK). Zowel voor ons als voor de teler streven we natuurlijk altijd naar een zo goed mogelijk rendement, en voor de klant naar zo goed mogelijk graszaad.'

Verschil tetraploïd en diploïd

Het verschil tussen tetraploïde en diploïde rassen is in de agrarische wereld allang bekend. Daar wordt vaak voor tetraploïd gekozen in verband met de melkproductie van koeien. Het verschil zit in de opbouw van de celwanden. Tetraploïde rassen hebben in verhouding meer celinhoud dan celwanden. Voor sportvelden en siergazons betekent dit:
- sterker gras
- diepere beworteling
- hogere droogteresistentie
- een donkerdere groene kleur
- snelle groei met dichte mat, waardoor er minder onkruid ontstaat
- ook groei bij lagere temperaturen

Om te kunnen reageren moet je zijn ingelogd.   LOGIN   of maak gratis een account aan.

REACTIES
Er zijn nog geen reacties.

download artikel

Tip de redactie

Meld je aan voor onze digitale nieuwsbrief.
AGENDA
Groentechniek Holland 2024
woensdag 11 september 2024
t/m zaterdag 14 september 2024
Drie gratis masterclasses 'Grip op de Grasmat'
dinsdag 17 september 2024
t/m woensdag 2 oktober 2024
Expertdag Duurzaam Gras 2024
dinsdag 1 oktober 2024
Nationale Sportvakbeurs
woensdag 6 november 2024
Dertiende editie Nationale Sport Vakbeurs
woensdag 6 november 2024
t/m woensdag 6 november 2024

ONDERDELEN
Archief
Dossiers
GIP
OVER ONS
Over ons
Duurzaamheid & NWST
Contact
Het team
ADVERTEREN EN ABONNEREN
Fysiek abonnement
Digitaal abonnement
Abonneren nieuwsbrief
Adverteren
Verschijningsdata
MEER
Redactionele spelregels
Algemene voorwaarden
Disclaimer
Privacy
Cookies
ONDERDELEN
OVER ONS
ADVERTEREN EN ABONNEREN
MEER